Verwachte groei Spaanse vastgoedmarkt tot 2021
Experts binnen de Spaanse vastgoedmarkt voorspellen dat er een groei zal plaatsvinden tot ongeveer 2021. Dit is opgesteld volgens het Institut de Tecnologia de la Construccio de Catalunya (ITeC).
Stijging van 11 procent
Al eerder berichtten we over de landelijke stijging van de vastgoedwaarde van 4,9%. Dit over de periode juli tot en met september van dit jaar (vergeleken met dezelfde periode in 2017). Dit betekent dat de gemiddelde waarde van residentieel vastgoed in het derde kwartaal € 1.317 per vierkante meter bedroeg. Het document van de ITeC suggereert dat aan het eind van 2018, dat nu in zicht is, dat de totale stijging ongeveer 11 procent bedraagt. Dat is overigens wel minder dan de gigantische groeispurt die in 2017 genoteerd werd: 16,3 procent. Hoe dan ook; de Spaanse vastgoedmarkt zit nog steeds in de lift.
Positief gevoel
Volgens Josep Ramon Fontata, hoofdverantwoordelijke voor de ITeC-markt, erkent dat er op dit moment geen problemen binnen de sector zijn. Hij bevestigt dat zij de voordelen plukken van “een goede stroom aan projecten en een positief gevoel van de diverse bedrijven”.
Fontana geeft aan dat het herstel van de onroerend goed-markt te maken heeft met tal van factoren. Het zijn vooralsnog juist de grote investeerders en beleggers zijn die het mogelijk hebben gemaakt, dat de Spaanse vastgoedmarkt weer groeit. Hij noemt dit met nadruk “tijdelijke factoren”, aangezien (buitenlandse) financiële investeerders meestal eenmalig beleggen in vastgoed projecten. Op den duur kiezen dergelijke partijen ook voor andere sectoren of onroerend goed-investeringen in andere landen.
Op de langere termijn is het zaak ook de Spaanse gezinnen te overtuigen om te investeren in vastgoed, maar ondanks een verbetering van het financiële klimaat, blijft dit gemiddelde achter. Voor de meeste inwoners is het nog een te groot financieel risico.
Daling en gevaren
Het ligt in de lijn der verwachting dat in 2021 er voor het eerst weer een daling zal plaatsvinden. Dat is waarschijnlijk 3 procent van de prijs. Het grote probleem waar projectontwikkelaars en investeerders de komende jaren tegenaan lopen is het uitblijven van goede vakmensen. Er staan talloze nieuwbouwprojecten in de planning, maar de kans op vertraging is tamelijk groot.
Tevens benadrukt Fontata het gevaren van de lokale “concentratie”. Oftewel: er is een grote vraag naar nieuwbouw in de gebieden die hersteld zijn van de crisis, zoals de grote steden, waar de huizenprijzen aanzienlijk zijn gestegen en de Spaanse Costa’s. Er is op sommige plekken sprake van een bouwexplosie. De sector lijkt ervan overtuigd te zijn dat andere geografische gebieden worden opgenomen in het herstel, maar het is té risicovol om deze te promoten.