Opnieuw waardestijging Spaanse huizen in Q3 2018
Opnieuw een sterke waardestijging van Spaanse huizen. De cijfers van het derde kwartaal van 2018 zijn onlangs gepubliceerd door Tinsa, marktleider op het gebied van onroerend goed taxatie in Spanje.
Stijging van 4,9 procent
De door Tinsa verstrekte gegevens laten een landelijke stijging van de vastgoedwaarde van 4,9% zien in de periode juli tot en met september van dit jaar (vergeleken met dezelfde periode in 2017). Dit betekent dat de gemiddelde waarde van residentieel vastgoed in het derde kwartaal € 1.317 per vierkante meter bedroeg.
Hoewel dit landelijke cijfer vergeleken met het tweede kwartaal van dit jaar een iets gematigdere groei laat zien, handhaaft de markt zijn aanzet sinds het begon met het registreren van driemaandelijkse prijsstijgingen in Q3 2016, precies twee jaar geleden.
De Top 5 waardestijging
Alle regio’s in Spanje, met uitzondering van één (Cantabria), registreerden groeicijfers gedurende de periode van 90 dagen. Madrid en La Rioja kennen de hoogste prijsstijgingen van respectievelijk 13% en 11,8%, waarbij de Balearen (9,9%), Navarra (8,7%) en Murcia (7,9%) de top vijf vormden. Geen wonder dat Mallorca en Ibiza, die tot de Balearen, steeds geliefder worden voor Nederlandse tweede huizenzoekers.
Costa del Sol
Ook de huizenprijzen in de Costa del Sol, stijgen enorm, in verhouding tot andere regio’s en met name ten opzichte van het totale gebied Andalusië. Even ter verduidelijking; de autonome regio Andalusië is onder verdeeld in 8 provincies. Dat zijn Almería, Cádiz, Córdoba, Granada, Huelva, Jaén, Málaga en Sevilla.
Juist de vastgoedwaarden in de provincie Málaga (de belangrijkste provincie binnen de Costa del Sol) schoten in de zomermaanden met maar liefst 8,4% omhoog: bijna twee keer meer als het nationale cijfer en evenzo bijna het dubbele van de stijging van een van de zeven andere Andalusische provincies.
Levensonderhoud in Spanje
De waardestijging in deze markt heeft natuurlijk ook effect op de economie en de samenleving. Zo noteert Tinsa de volgende cijfers als het gaat om de leefomstandigheden.
De Spaanse consumentenprijsindex (IPC) steeg met 2,2%, wat betekent dat de kosten van levensonderhoud marginaal zijn gestegen ten opzichte van de kosten van consumptiegoederen en dat Spanjaarden – en expats die in Spanje wonen en werken – een hogere koopkracht hebben.